Gedetailleerde instellingen – [FUNCTION]
CLP-370/340/330, CLP-S308/S306 Gebruikershandleiding
NEDERLANDS
66
In deze sectie komt een reeks andere functies
aan bod, zoals het toewijzen van de werking van
het linkerpedaal aan een van verschillende modi
en het selecteren van specifieke songkanalen
voor afspelen.
1. Activeer de functiemodus en selecteer .
(CLP-370/340)/ (CLP-S308/S306, CLP-
330).
2. Druk op de knop [+/YES] om de submodus van
de overige functies te activeren en gebruik
vervolgens de knoppen [TEMPO/FUNCTION
▼, ▲] om de gewenste submodus te
selecteren.
Druk op de knop [–/NO] of [+/YES] om
de gewenste pedaalfunctie te selecteren of
de waarden toe te wijzen.
Submodus
F5.1
(CLP-370/340)/F4.1 (CLP-S308/S306, CLP-330)
Linkerpedaalmodus
Instelbereik:
1. Softpedaal
Het softpedaal vermindert het volume en wijzigt de
klankkleur van de gespeelde noten enigszins terwijl
het pedaal wordt ingedrukt. Het softpedaal heeft geen
invloed op de noten die al klinken.
2. Song afspelen/pauzeren
Via deze modus kunt u het afspelen van de song
starten of onderbreken. In deze modus werkt het
linkerpedaal op dezelfde manier als de knop SONG
[PLAY/PAUSE]
op het paneel.
3. Variatie (CLP-370/340)
Via deze modus kunt u de voicevariatie in- en
uitschakelen. In deze modus werkt het linkerpedaal
op dezelfde manier als de knop [VARIATION] op het
paneel.
Normale instelling: 1 (Softpedaal)
F5.2 (CLP-370/340)/F4.2 (CLP-S308/S306, CLP-330)
Effectdiepte softpedaal
Instelbereik: 1 – 5
Normale instelling: 3
Deze functie stelt de diepte van het effect van het
softpedaal in.
F5.3
(CLP-370/340)
Sustainsamplediepte
Instelbereik: 0 – 20
Normale instelling: 12
De voice GRAND PIANO 1
beschikt over speciale 'Sustain
Samples' die nauwgezet de unieke resonantie van de
zangbodem en snaren van een akoestische vleugel
reproduceren, als het
demperpedaal wordt ingedrukt.
Met deze functie kunt u de diepte van dit effect aanpassen.
F5.4 (CLP-370/340)
Toets-los-samplevolume
Instelbereik: 0 – 20
Normale instelling: 10
U kunt het volume van het toets-los-geluid (het subtiele
geluid dat wordt geproduceerd als de toetsen worden
losgelaten) aanpassen voor de voices [GRAND PIANO1],
[HARPSICHORD] en [E.CLAVICHORD] (inclusief de
variaties).
F5.5 (CLP-370/340)/F4.3 (CLP-S308/S306, CLP-330)
Songkanaalselectie
Instelbereik: ALL, 1&2
Normale instelling: ALL
Deze instelling is alleen van invloed op Disklavier Piano
Soft-songs en niet-beveiligde externe songs. U kunt
opgeven welke songkanalen worden afgespeeld op dit
instrument. Als 'ALL' wordt geselecteerd, worden de
kanalen 1 – 16 afgespeeld. Als '1&2' wordt geselecteerd,
worden alleen kanalen 1 en 2 afgespeeld, terwijl kanalen
3 – 16 worden verzonden via MIDI.
F5.
(CLP-370/340)
/ F4.
(CLP-S308/S306, CLP-330)
Overige functies