91
<DRB1392>
Du
Nederlands
AANSLUITEN VAN MICROFOONS EN HOOFDTELEFOONS
Microfoon
Op de MIC 1 aansluiting aan de bovenkant van het bedieningspaneel
kan een microfoon met een Ø6,3 mm klinkstekker of een XLR-stekker
worden aangesloten.
Op de MIC 2 aansluiting aan de bovenkant van het bedieningspaneel
kan een microfoon met een Ø6,3 mm klinkstekker worden
aangesloten.
¶ Als de MIC SIGNAL schakelaar op het aansluitingenpaneel op
[CUT] staat, zal er geen microfoongeluid via de BOOTH monitor-
uitgangsaansluitingen worden uitgevoerd.
Hoofdtelefoon
Op de PHONES aansluiting aan de bovenkant van het
bedieningspaneel kan een hoofdtelefoon met een Ø6,3 mm stereo
klinkstekker worden aangesloten.
0
+
6
-
12
MIC 1
LEVEL
MIC 1 MIC 2
0
HI
EQ
MIC
LOW
MIC
+
6
OFF ON TALK
OVER
-
12
MIC 2
LEVEL
Microfoon 1
Microfoon 2
(Microfoon 1)
Hoofdtelefoon
HEADPHONES
MIXING
LEVEL
PHONES
MONO SPLIT STEREO
MASTERCUE
0
AANSLUITINGEN (AANSLUITEN VAN MICROFOONS EN HOOFDTELEFOONS/AANSLUITEN VAN HET NETSNOER)
AANSLUITEN VAN HET NETSNOER
Sluit het netsnoer als laatste aan.
÷ Nadat alle andere aansluitingen zijn voltooid, sluit u het bijgeleverde netsnoer op de netingang aan de achterkant van het apparaat aan en
steekt dan de stekker in een normaal stopcontact of in een netuitgang op de achterkant van de versterker.
÷ Gebruik alleen het bijgeleverde netsnoer.