Yamaha MagicStomp Musical Instrument User Manual


 
142
Probeer een paar andere patches uit.
De MAGICSTOMP heeft in totaal 198 patches. 99 daarvan zijn Gebruikerspatches (U01 – U99)
waarin u gegevens kun t opslaan (door de bestaande gegevens daarin te overschrijven) van patches
die zelf gemaakt heeft. De overige 99 zijn Voorgeprogrammeerde patches (P01 – P99) die niet met
nieuwe gegevens kunnen worden overschreven. U kunt een voorgeprogrammeerde patch echter wel
wijzigen en dan opslaan als gebruikerspatch.
* Af fabriek zijn als gebruikerspatch dezelfde gegevens opgeslagen als de voorgeprogrammeerde patches van uw
MAGICSTOMP.
Twee manieren om een patch te selecteren
In de fabriek is de [UP/DOWN MODE] schakelaar van de MAGICSTOMP reeds in de stand gezet
waarin u een patch kunt selecteren. In deze stand kunt u met de + toets naar hogere, en met de –
toets naar lagere patchnummers. Houd de gewenste toets ingedrukt om de patchnummers sneller te
doen veranderen.
In deze stand kunt u met de ON/OFF schakelaar de patch (effect) aan of uit zetten.
Gebruiken van de MAGICSTOMP
U99¤MAGICSTOMP0
ó‡GAINfiMSTRáTONE
Patchnr.
De MAGICSTOMP wordt geleverd met een scala aan effectpatches (voorgeprogrammeerde
effecten). Probeert u eerst eens een paar van deze voorgeprogrammeerde effecten uit.
Zet de versterker aan en speel een riedeltje.
U hoort de weergave via de patch die op dit moment geselecteerd staat.
Gebruik de VOLUME knop van de MAGICSTOMP om het uitgangsvolume te regelen.
U01¤DIST
ó‡GAINfiMSTRáTONE
U01¤DIST
ó EFFECT OFF
U98
P02
U01
U99
P01
U99
P01
P99
P98
P97
P99
U02
U03
U04
U01¤DIST
ó‡BAL0fiSTERáVOL
Effect aan
Effect uit
Patchnaam
Druk op de – toets om het
patchnummer met 1 te verlagen.
Druk op de + toets om het
patchnummer met 1 te verhogen.