Yamaha CVP-301 Electronic Keyboard User Manual


 
Songs gebruiken, creëren en bewerken
Uw spel opnemen
CVP-305/303/301 Gebruikershandleiding
155
Bepaalde typen gebeurtenissen weergeven (FILTER)
In de bewerkingsdisplays worden verschillende typen gebeurtenissen getoond. Het
is soms moeilijk precies te bepalen welke gebeurtenissen u wilt bewerken. En
daarbij komt de functie Filter mooi van pas. Hiermee kunt u bepalen welke
gebeurtenistypen worden getoond in de bewerkingsdisplays.
1 Druk in de bewerkingsdisplays op de knop [H] (FILTER).
2 Selecteer het gebeurtenistype met de knoppen [2
ππ
ππ
][5
ππ
ππ
].
3 Plaats een vinkje of verwijder het vinkje voor het geselecteerde item
met de knoppen [6
ππ
ππ
]/[7
ππ
ππ
].
[H](ALL ON)...............Vinkjes voor alle gebeurtenistypen.
[I] (NOTE/CHORD).....Hiermee worden alleen NOTE/CHORD-data
geselecteerd.
[J] (INVERT) ................Hiermee worden de instellingen voor vinkjes voor
alle vakken omgekeerd. Het komt er dus op neer dat
hiermee vinkjes worden geplaatst in uitgeschakelde
vakken, en andersom.
4 Druk op de knop [EXIT] om de instellingswijzigingen uit te voeren.
Door op de knoppen [C][E] te drukken roept u de respectieve Filter-displays op,
zoals hierna wordt beschreven.
MAIN .........................De display MAIN FILTER oproepen.
CTRL CHG .................De display Control Change Filter oproepen.
STYLE .........................De display Accompaniment Style Filter oproepen.
Systeem-exclusieve gebeurtenissen (SYS/EX.)
bewerken
De hier gegeven uitleg heeft betrekking op de display-tab [SYS/EX] in stap 4 van de
'Basisprocedure voor bewerken' op pagina 148.
Vanuit deze display kunt u opgenomen systeemeigen gebeurtenissen bewerken die
niet tot een bepaald kanaal behoren, zoals tempo en tel (maatsoort). De hier
beschreven handelingen zijn grotendeels gelijk aan die in het gedeelte 'Noot- of
akkoordgebeurtenissen bewerken' op pagina 153.
Systeemgebeurtenissen
Druk op de knop [I] (SAVE) om de display voor songselectie op te roepen en sla
vervolgens de data op in de display voor songselectie (pagina 63).
LET OP
De opgenomen songdata
gaan verloren als u een
andere song selecteert of het
instrument uitzet zonder dat
u de opslaghandeling heeft
uitgevoerd (pagina 63).
ScBar (Score Start Bar) Hiermee wordt de beginmaat van een song bepaald.
Tempo Hiermee wordt de tempowaarde bepaald.
Time (maatsoort) Hiermee wordt de maatsoort bepaald.
Key (toonsoort) Hiermee wordt de toonsoort, evenals de majeur/mineur-
instelling, bepaald voor de muzieknotatie die wordt
weergegeven op de display.
XGPrm (XG-parameters) Hiermee kunt u verscheidene gedetailleerde wijzigingen
aanbrengen in de XG-parameters. Raadpleeg het gedeelte 'MIDI
Data Format' in het afzonderlijke boekje Data List voor details.
SysEx (systeem-exclusief) Hiermee worden de systeemeigen data in de song
weergegeven. Denk eraan dat u hier geen nieuwe data kunt
maken of inhoud van data kunt wijzigen. U kunt echter wel de
data wissen, knippen, kopiëren en plakken.
Meta (metagebeurtenis) Hiermee worden de SMF-metagebeurtenissen in de song
weergegeven. Denk eraan dat u hier geen nieuwe data kunt
maken of inhoud van data kunt wijzigen. U kunt echter wel de
data wissen, knippen, kopiëren en plakken.