Korg Sp-500 Electronic Keyboard User Manual


 
44
Een einde toevoegen
1
Selecteer de [INTRO/ENDING 1]
knop of de [INTRO/ENDING 2]
knop, terwijl de automatische
begeleiding speelt
Het einde zal worden gespeeld, waarop de
begeleiding automatisch zal stoppen. Het
indicatielampje van het geselecteerde
einde zal blijven knipperen tot het afspelen
schakelt naar dat einde. Nadat het einde is
begonnen zal het indicatielampje blijven
branden totdat het afspelen is afgelopen.
Het annuleren van een einde voor het afgelo-
pen is
Als u de instelling van de “Variation” cel
verandert of de [FILL 1,2] knop indrukt
nadat de begeleiding naar het einde is
omgeschakeld, zal de begeleiding naar de
gekozen variatie of fill van de volgende
beat of de volgende maat gaan, en de auto-
matische begeleiding zal verdergaan.
Het toevoegen van een fill
1
Selecteer de [FILL 1] knop of de
[FILL 2] knop, terwijl de automa-
tische begeleiding speelt
Er wordt een fill ingevoegd. Als de fill ein-
digt, zal de begeleiding overschakelen op
de variatie die u specificeerde in de
“AfterFill1” of “AfterFill2” cel, net als bij
het intro.
De timing waarmee de begeleiding van de
variatie naar de fill verandert, wordt automa-
tisch aangepast om een natuurlijke overgang
te creëren. Echter, afhangend van de timing
waarmee u de knop indrukt, kan alleen het
laatste deel worden gespeeld, dus is het
belangrijk om op de timing te letten.
Het veranderen van de variatie na een fill
U kunt de variatie waar naartoe de automati-
sche begeleiding zal veranderen als Fill1
afgelopen is, wijzigen.
“ After Fill1” cel: Specificeer de variatie die
de begeleiding zal gebruiken nadat fill 1
beëindigd is, wanneer u de [FILL1] knop tij-
dens ritmestijl afspelen indrukt.
“Off”: Als fill 1 eindigt, keert u terug naar de
variatie die onmiddellijk was geselecteerd,
voordat de fill begon.
Var 1&2: Als Fill eindigt als Variation 1 of
Variation 2 zijn geselecteerd, zullen Variation
1 en Variation 2 na elkaar worden gekozen.
Var 1&3: Als Fill eindigt als Variation 1 of
Variation 3 zijn geselecteerd, zullen Variation
1 en Variation 3 na elkaar worden gekozen.
Var 1&4: Als Fill eindigt als Variation 1 of
Variation 4 zijn geselecteerd, zullen Variation
1 en Variation 4 na elkaar worden gekozen.
Var 2&3: Als Fill eindigt als Variation 2 of
Variation 3 zijn geselecteerd, zullen Variation
2 en Variation 3 na elkaar worden gekozen.
Var 2&4: Als Fill eindigt als Variation 2 of
Variation 4 zijn geselecteerd, zullen Variation
2 en Variation 4 na elkaar worden gekozen.
Var 3&4: Als Fill eindigt als Variation 3 of
Variation 4 zijn geselecteerd, zullen Variation
3 en Variation 4 na elkaar worden gekozen.
“Var+”: Als Fill 1 eindigt zal de begeleiding
overschakelen op de variatie rechts van de
variatie die was geselecteerd toen de fill
begon.
“Var-“: Als Fill 1 eindigt zal de begeleiding
overschakelen op de variatie links van de
variatie die was geselecteerd toen de fill
begon.
“After Fill2” cel: Specificeer de variatie, die
de begeleiding zal gebruiken, nadat fill 2 is
beëindigd, als u de [FILL 2] knop tijdens het
afspelen van de ritmestijl indrukt. De selectie
is dezelfde als die voor “After Fill 1”.
Selectie van het meest geschikte
programma voor een Ritmestijl
1
Druk op de [SINGLE TOUCH]
knop
Als u de [SINGLE TOUCH] knop aanzet
en een ritmestijl kiest, zal een instelling
voor klank en automatische begeleiding
die geschikt is voor die stijl worden gese-
lecteerd.
Instellingen die worden gemaakt
• Keyboard klank, stereo, volume, octaaf
en klankselecties voor de Upp1, Upp2
en de lage partijen
• Aan/uit status van [SPLIT] en
[LAYER], en de status van het keuze-
hokje van “KeyL”
• De “FullKeyboard” selectie status
• De aan/uit status van [ENSEMBLE] en
het geselecteerde type