Korg Sp-500 Electronic Keyboard User Manual


 
53
Opnemen
2. Verschillende methodes
om op te nemen
Het gebruik van Quantize, terwijl
u opneemt
De Quantize functie corrigeert de timing van uw
uitvoering. Druk op de “Quantize” cel op de “Rec
2/3” pagina, en gebruik de draaiknop of [VALUE]
knoppen om de precisie van timing aan te geven.
“High”: Gegevens worden opgenomen met
maximale resolutie (een kwartnoot wordt ver-
deeld in 96 delen), en de timing wordt niet
gecorrigeerd.
 ”–“”: De timing wordt gecorrigeerd tot
aan de gespecificeerde toonwaarde. Als “
is geselecteerd wordt de timing gecorrigeerd
tot aan het 32
ste
triool. Als “” is geselecteerd
wordt de timing gecorrigeerd tot aan de
dichtstbijzijnde kwartnoot.
Als u minder nauwkeurige correctie gebruikt,
of als u het demper pedaal of andere controle-
gegevens opneemt, is het mogelijk dat het
resultaat bij het afspelen onnatuurlijk klinkt.
Om dit te vermijden kunt u het beste opne-
men met een quantize instelling “High” en
dan de “Quantize” functie op de “Rec 3/3”
pagina gebruiken om de timing van de gege-
vens van noten te corrigeren. (
p.57)
Meersporig opnemen
U kunt maximaal vijf opgenomen sporen stapelen
op de gegevens, die u in “KBD”, “Control” en
“Chord” hebt opgenomen. Hier vindt u hoe u de
gegevens van een uitvoering die u hebt opgeslagen
in “Basis opnemen” kunt laden, en hoe u het kunt
gebruiken als de basis voor opnames van meerdere
sporen.
1
Laad de gegevens van de uitvoe-
ring die u hebt opgeslagen
Laad de gegevens van de uitvoering, die
u hebt opgeslagen, in “Basis opnemen” of
in Step Recording. ( p.51)
2
Ga naar de “Rec 2/3” pagina
Druk op de [PAGE ¤ ] knop om naar de
“Rec 2/3” pagina te gaan.
3
Selecteer het spoor, dat u wilt
opnemen
Druk op de “Track” knop van het spoor
tot er “Rec” staat.
Er kan maar één spoor tegelijk op “rec” wor-
den opgenomen. De Rec instelling op de “Rec
1/3” pagina wordt automatisch geannuleerd
door de nieuwe “Rec” instelling.
4
Selecteer een klankprogramma
Druk op de “Program” cel en selecteer
een programma voor het spoor, waarop u
gaat opnemen. ( p.24)
De Layer of Split functies kunnen niet worden
gebruikt voor sporen 1-5.
5
Begin met opnemen
Druk op de RECORDER [PLAY/STOP]
knop; het lampje gaat aan.
Na twee tellen begint de opname.
Opname stoppen
Druk op de RECORDER [PLAY/STOP]
knop. Nadat een bericht is verschenen dat
de gegevens in het geheugen worden
opgeslagen, zal het indicatielampje van
de [RECORD] knop uitgaan. De “Track”
knop verandert naar “Play”.
6
Opnemen van extra sporen
Kies een ander spoor uit, zoals beschre-
ven in stap 3, en neem op door dezelfde
procedure te gebruiken.
Het opnemen van extra materiaal op het-
zelfde spoor
Druk op de “Record mode” cel en kies
“OVDB”. U kunt de volgende opneem-
types selecteren. OVWR (overschrijven):
De nieuwopgenomen gegevens over-
schrijven (en wissen) de eerder opgeno-
men gegevens.
Quantize cel

With a setting of
,