Pioneer DJM-2000 DJ Equipment User Manual


 
DRB1497-B
Nl
25
Nederlands
139
Aanvullende informatie
Verhelpen van storingen
! Verkeerde bediening kan vaak de oorzaak zijn van een schijnbare storing of foutieve werking. Wanneer u denkt dat er iets mis is met dit apparaat, controleert u eerst
de onderstaande punten. Soms ligt de oorzaak van het probleem bij een ander apparaat. Controleer daarom ook de andere componenten en elektrische apparatuur
die gebruikt wordt. Als u het probleem aan de hand van de onderstaande controlepunten niet kunt verhelpen, verzoekt u dan uw dichtstbijzijnde officiële Pioneer
onderhoudsdienst of uw vakhandelaar om het apparaat te laten repareren.
! De disc-speler kan soms niet goed werken vanwege statische elektriciteit of andere externe invloeden. In dergelijke gevallen kunt u de normale werking herstellen
door de stekker even uit het stopcontact te trekken en die even later weer in te steken.
Probleem Controle Oplossing
De stroom wordt niet ingeschakeld. Is het netsnoer naar behoren aangesloten? Steek de netsnoerstekker in het stopcontact.
Er klinkt niet of nauwelijks geluid. Staat de [CD/
DIGITAL, PHONO, LINE, USB */
*]-schakelaar
in de juiste stand?
Schakel de [CD/
DIGITAL, PHONO, LINE, USB */
*]-schakelaar over naar de
ingangsbron voor het kanaal. (bladzijde 12)
Staan de [CD, DIGITAL]-schakelaars op het achterpaneel
juist ingesteld?
Stel de [CD, DIGITAL]-schakelaars in op de apparaten die u wilt afspelen.
(bladzijde 12)
Zijn de aansluitsnoeren goed aangesloten? Zorg dat de aansluitsnoeren juist zijn aangesloten. (bladzijde 7)
Zijn de aansluitbussen en de stekkers vuil? Maak de aansluitbussen en de stekkers schoon voordat u aasluitingen gaat
maken.
Staat de [MASTER ATT.]-schakelaar op het achterpaneel
ingesteld op [–6 dB], enz.?
Kies de stand van de [MASTER ATT.]-schakelaar. (bladzijde 6)
Er wordt geen digitaal geluid weergegeven. Is de bemonsteringsfrequentie (fs) voor de digitale audio-
uitgang wel geschikt voor het aangesloten apparaat?
In het [CLUB SETUP]-scherm stelt u [DIGITAL SAMPLING RATE] in volgens
de specificaties van de aangesloten apparatuur. (bladzijde 24)
Vervorming in het geluid. Is het niveau van de geluidssignalen die worden uitge-
stuurd via het microfoonkanaal goed ingesteld?
Verstel de [MASTER]-knop zodanig dat de hoofdkanaalniveau-indicator
oplicht tot ongeveer [0 dB] bij het pieksignaalniveau. (bladzijde 12)
Stel [MASTER ATT.] in op [–3 dB] of [–6 dB]. (bladzijde 6)
Is het niveau van het inkomend geluid voor elk kanaal
goed ingesteld?
Verstel de [TRIM]-regelknop zodanig dat de kanaalniveau-indicator oplicht
tot ongeveer [0 dB] bij het pieksignaalniveau. (bladzijde 12)
De crossfader werkt niet. Staat de [CROSS FADER ASSIGN]-schakelaar juist inge-
steld?
Stel de [CROSS FADER ASSIGN]-schakelaar van het kanaal juist in. (blad-
zijde 12)
Het starten van de DJ-spaler via de fader lukt niet. Staat [FADER START] in de uit-stand? Zet [FADER START] op aan, in het [USER SETUP]-scherm. (bladzijde 13)
Is de DJ-speler juist aangesloten op de [CONTROL]-
aansluiting?
Verbind de [CONTROL]-aansluiting met uw DJ-speler via een bedienings-
snoer. (bladzijde 7)
Is de DJ-speler juist aangesloten op de [LINK]-aansluiting? Zorg dat de DJ-speler juist is aangesloten op de [LINK]-aansluiting via een
LAN-kabel. (bladzijde 7)
Zijn de audiosnoeren goed aangesloten? Sluit de audio-ingangsaansluitingen van dit apparaat met een audiosnoer
aan op de audio-uitgangsaansluitingen van de DJ-speler. (bladzijde 7)
De BEAT EFFECT-functie werkt niet. Staan de [CH SELECT]-toetsen juist ingesteld? Druk op de [CH SELECT]-toetsen om elk kanaal te kiezen waaraan u het
effect wilt toevoegen.
[De [INST FX]-functie werkt niet. Staat de [FILTER]-regelknop in de juiste stand? Draai de [FILTER]-regelknop naar rechts. (bladzijde 16)
De externe effectgenerator is niet te gebruiken. Staat [ON/
OFF] voor het BEAT EFFECT in de aan-stand? Druk op [ON/
OFF] voor het BEAT EFFECT om [SEND/
RETURN] in te schake-
len. (bladzijde 16)
Is de externe effectgenerator juist aangesloten op de
[SEND] of [RETURN]-aansluiting?
Sluit een externe effectgenerator aan op de [SEND] en de [RETURN]-aanslui-
tingen. (bladzijde 7)
Vervorming in het geluid van een externe effectge-
nerator.
Is het audio-uitgangsniveau van de externe effectgenera-
tor wel juist ingesteld?
Verstel het audio-uitgangsniveau van de externe effectgenerator.
Het tempo (BPM) is niet meetbaar of de gemeten
waarde van het tempo (BPM) is onwaarschijnlijk.
Staat het audio-ingangsniveau te hoog of te laag inge-
steld?
Verstel de [TRIM]-regelknop zodanig dat de kanaalniveau-indicator oplicht
tot ongeveer [0 dB] bij het pieksignaalniveau. (bladzijde 12)
Bij sommige muziekstukken kan het niet goed mogelijk zijn om het tempo
(BPM) te meten. In dat geval voert u de tempowaarde handmatig is met de
[TAP]-toets. (bladzijde 16)
Het gemeten tempo (BPM) verschilt van het tempo dat
staat aangegeven op de CD.
De waarden kunnen wel eens ietwat verschillen, vanwege de verschillende
meetmethoden voor het BPM. Wellicht is het niet nodig correcties te maken.
De MIDI-sequencer laat zich niet synchroniseren. Is de synchronisatiefunctie van de MIDI-sequencer inge-
steld op “Slave”?
Stel de synchronisatiefunctie van de MIDI-sequencer in op “Slave”.
Is de MIDI-sequencer die u gebruikt wel geschikt voor de
MIDI-tijdklok?
MIDI-sequencers die niet geschikt zijn voor de MIDI-tijdklok kunnen niet
worden gesynchroniseerd.
De MIDI-bedieningsfunctie werkt niet. Staat het MIDI-kanaal wel ingeschakeld? Druk op [ON/
OFF] in het [MIDI]-gedeelte. (bladzijde 16)
Zijn alle MIDI-instellingen naar behoren gemaakt? Voor het gebruik van DJ-programma’s met dit apparaat moeten de MIDI-
berichten worden toegewezen aan het DJ-programma dat u gebruikt. Zie
voor nadere aanwijzingen voor het toewijzen van berichten de handleiding
van uw DJ-software.
Dit apparaat wordt niet herkend nadat het is aangeslo-
ten op een computer.
Is het stuurprogramma wel goed geïnstalleerd op uw
computer?
Installeer het stuurprogramma. Als het programma al is geinstalleerd,
installeert u het dan opnieuw. (bladzijde 8)
Het geluid van een computer wordt niet weergegeven
door dit apparaat.
Zijn dit apparaat en de computer wel juist aangesloten? Sluit dit apparaat aan op uw computer met een USB-kabel. (bladzijde 8)
Zijn de instellingen voor de geluidsweergave-apparatuur
naar behoren gemaakt?
Stel in op dit apparaat onder de instellingen voor de geluidsweergave-appa-
ratuur. Zie voor nadere aanwijzingen over de instellingen voor uw applicatie
de gebruiksaanwijzing voor uw applicatie.
Staat de ingangskeuzeschakelaar van dit apparaat juist
ingesteld?
Zet de ingangskeuzeschakelaar voor het kanaal in de [USB */
*]-stand.
(bladzijde 12)
Bij aanraking van het aanraakpaneel gebeurt er niets. De ijking van het aanraakpaneel is niet juist. Stel het aanraakpaneel in met de [TOUCH PANEL]-instellingen in het [CLUB
SETUP]-scherm. (bladzijde 24)
Het effectgeluid kan niet worden gecontroleerd wan-
neer [CUE] voor het BEAT EFFECT wordt ingedrukt.
Het circuit dat de echo voor de [ECHO], [REVERB], [ROLL], [SLIP ROLL] en
[REV ROLL]-effectgeluiden genereert, bevindt zich achter het effectcircuit,
dus het effectgeluid kan niet worden gecontroleerd. Dit is geen storing.