Filter
Top Products
GEBRUIK VAN DE EFFECTFUNCTIE
26
Du
Beschrijving van het effect Beschrijving van het effect bij
aanraking
Parameter 1
(TIME/PARAMETER)
Parameter 2
(LEVEL/DEPTH)
Beschrijving Beschrijving
4. DISTORTION (*2)
AUDIO (*4) Uitvoeren van een phaser-effect
met nagalm.
Raak het scherm meer naar rechts
aan voor het verlengen van de cyclus
van het phaser-effect. Raak het
scherm meer naar links aan voor het
verkorten van de effectcyclus.
– – Instellen van de balans
tussen het
oorspronkelijke geluid
en het effectgeluid.
VIDEO Uitvoeren van een beeld met een vervormingseffect.
PATTERN1
Uitvoeren van een beeld waarin
het scherm vervormd lijkt, net
als verf gemengd met water.
Het vervormingseffect wordt
gecentreerd op het aangeraakte
punt toegepast. Hoe langer u het
scherm aanraakt, hoe sterker het
effect wordt.
Instellen van het
gebied waarin het
effect wordt
toegepast.
1 tot 10 Instellen van de balans
tussen de
oorspronkelijke video
en de effectvideo.
PATTERN2
Uitvoeren van een beeld met
een pixel-vervormingseffect
vanuit het punt van het scherm
dat wordt aangeraakt.
PATTERN3
Uitvoeren van een beeld met
gefragmenteerde vervorming.
PATTERN4
Uitvoeren van een beeld met
een spirale vervorming.
5. BLOCK
AUDIO Moduleren van het
ingangsgeluid. De lage tonen
hebben een metaalachtige
klank.
Raak het scherm naar rechts aan
om het effect te versterken. Raak het
scherm naar links aan om het effect
te verzwakken.
– – Instellen van de balans
tussen het
oorspronkelijke geluid
en het effectgeluid.
VIDEO Uitvoeren van beelden in blokpatronen.
PATTERN1
Uitvoeren van een beeld waarin
het aangeraakte gedeelte rekt
en krimpt in de horizontale en
de verticale richting.
Uitvoeren van een beeld waarin het
aangeraakte gedeelte rekt en krimpt
in de horizontale en de verticale
richting.
Instellen van het
aantal verdelingen
van de blokken.
1 tot 10 Instellen van de balans
tussen de
oorspronkelijke video
en de effectvideo.
PATTERN2
Uitvoeren van een beeld waarin
het aangeraakte gedeelte rekt
en krimpt in de horizontale
richting.
Uitvoeren van een beeld waarin het
aangeraakte gedeelte rekt en krimpt
in de horizontale richting.
PATTERN3
Uitvoeren van een beeld waarin
het aangeraakte gedeelte rekt
en krimpt in de verticale
richting.
Uitvoeren van een beeld waarin het
aangeraakte gedeelte rekt en krimpt
in de verticale richting.
PATTERN4
Uitvoeren van een beeld waarin
het aangeraakte blok van kleur
verandert.
Uitvoeren van een beeld waarin het
aangeraakte blok van kleur
verandert.
6. RADIATION
AUDIO Uitvoeren van audio alsof het
ingangsgeluid verbrijzeld is.
Raak het scherm naar rechts aan
om het effect te versterken. Raak het
scherm naar links aan om het effect
te verzwakken.
– – Draai de regelaar naar
rechts om het effect te
versterken. Wanneer
de regelaar volledig
naar links wordt
gedraaid, wordt alleen
het oorspronkelijke
geluid uitgevoerd.
VIDEO Uitvoeren van een beeld met een radiaal concentrisch effect.
PATTERN1
Uitvoeren van een beeld dat
eruit ziet als een licht dat
vanachter schijnt.
De aangeraakte plaats heeft de
centrale coördinaten van het effect.
Instellen van de
kleur.
1 tot 10 Instellen van de balans
tussen de
oorspronkelijke video
en de effectvideo.
PATTERN2
Uitvoeren van een beeld dat
zich radiaal uitspreidt.
Instellen van de
opening van het
midden.
PATTERN3
Uitvoeren van een beeld van
cirkels die concentrisch
uitspreiden.
Instellen van de
opening van het
midden.
PATTERN4
Uitvoeren van een beeld dat een
combinatie is van PATTERN 2
en PATTERN 3.
Instellen van de
opening van het
midden.
05_SVM-1000_B_DU.book 26 ページ ２００７年１１月２６日 月曜日 午後１時１９分